Al enige tijd heb ik onenigheid met Mevrouw Stoel. Jullie
weet wel: de bitch paspop die ik bij de Xenos gevonden had. Ik schreef
toen wel dat ik haar voor half geld had gekocht, maar dat was niet helemaal
waar. Dat schreef ik om haar gevoelens te sparen. Ik wilde haar niet
beledigen door te vertellen waar ik haar écht had gevonden, namelijk naast een
vuilcontainer bij de achterdeur van de Xenos, waar ze stennis stond te schoppen
omdat ze per se naar binnen wilde, naar haar vaste plek in de winkel. Een
geduldige Xenos-medewerker probeerde haar te kalmeren, maar had daar duidelijk
geen ervaring mee, en aangezien ik wel wat gewend ben met dat kind van mij, ben
ik hem te hulp geschoten. Ik heb de situatie gesust, heb aangeboden Mevrouw
Stoel mee naar huis te nemen (mevrouw Stoel die toen nog Trijntje Treutel heette).
De dankbare Xenos-medewerker stopte me 17,50 toe ter compensatie en bij wijze
van dank. Zo is het dus écht gegaan.
Inmiddels weet ik waarom “Mevrouw Stoel” bij de achteringang
van de Xenos stond: het is onmogelijk om vreedzaam met haar samen te leven. Wat
een kreng. Wat een tuig. Wat een vals omhooggevallen stuk etalagemateriaal.
Weten jullie mijn ruana nog? Vast wel. Ik raak er niet over
uit gepraat. Nou, ik had Mevrouw Stoel gehuld in mijn ruana, en daar was ze
heel heel erg blij mee. Ze was er zó dol op, dat ze ‘m niet meer wilde afstaan.
Maar ja, vorige week was het een keer best koud, dus dacht ik: ik trek mijn
ruana aan terwijl ik zit te werken. Het commentaar van Mevrouw Stoel was niet
van de lucht. Wat of dat ik dacht dat ik aan het doen was? Of ik het wel
helemaal normaal vond om haar kou te laten lijden, terwijl ik lekker in háár wollen
doek gehuld in mijn luie stoel zat?
Om de lieve vrede te bewaren, heb ik haar toen mijn Noro
vest aangetrokken. En dat was niet goed. Mevrouw Stoel vond hem niet lekker zitten,
ze vond dat hij haar niet stond – dat hij maar van haar schouders hing, dat de
rand trok én opkrulde, dat één mouw wel gewassen was, en de andere niet. En dat
de hengsels van haar tuinbroek erdoorheen schenen op de foto. Dat het überhaupt
godgeklaagd was dat ze in een tuinbroek gestoken was, omdat ze per slot van rekening
geen ongewassen flower-power-hippie is, noch zwanger, noch een medewerker van Plopsaland.
Zucht… Ik zeg natuurlijk niks, maar ze heeft wel een beetje
gelijk. Hoewel het Noro-vest mij stúkken beter staat dan Mevrouw Stoel is het
vest toch een klein drama. Ik heb één mouw uitgehaald om te zien of gebreide
mouwen leuker zouden zijn. Dat bleek niet het geval. Gebreide mouw weer
uitgehaald, opnieuw een mouw gehaakt. Mooi randje langs het lijfje, maar het
randje blijkt te strak en inderdaad op te krullen. Nu moet ik - vóór zaterdag -
de rand uithalen, iets nieuws verzinnen, maken en opnieuw wassen, of in ieder
geval met een plantenspuit met Eucalan te lijf. En verder moet ik nog de
laatste hand leggen aan een omslagdoek, die vervolgens ook nog gewassen en
opgespannen moet, zodat ook die zaterdag mee kan naar de Atelierroute. En dan
moet ik tussendoor ook nog twee teksten controleren en 80 bladzijden vertalen.
De Handwerkbeurs laat ik maar schieten, dit jaar. Maar… Niet
getreurd, want de Open Ateliers Drimmelen-Dorp is op 4 en 5 oktober (meer daarover hier. Tijdens
deze atelierroute staan er door heel Drimmelen kunstenaars klaar om al hun
mooie maaksels te tonen en te verkopen. Het dorpje Drimmelen is op zich al de
moeite van een bezoekje waard, maar de aanwezigheid van zo veel getalenteerde
mensen is natuurlijk een extra bonus. Zo’n beetje alles wat jullie hier in het
afgelopen jaar voorbij hebben zien komen, gaat mee naar Drimmelen. Plus
natuurlijk alle spullen waar jullie ons in de winkel zo druk mee hebben gezien.
De ruana, bijvoorbeeld. En het vest. En de omslagdoeken. En
poncho’s. En dekens. Zoals deze van Riet:
Tot die tijd negeer ik Mevrouw Stoel – althans, dat probeer
ik. Ze staat tegenover me met een misprijzende blik op me neer te kijken, maar
ze heeft er in ieder geval het zwijgen toe gedaan. Nu maar hopen dat ze het
volhoudt tot ik mijn 80 bladzijden af heb…
Veel liefs,
Tante An.