Ik ben helemaal van de Noro, de laatste tijd. Nou ja, altijd
al. Maar ’t is nu wel héél erg. Het komt natuurlijk door al die
mooie kleurtjes die Riet alsmaar op voorraad heeft. Ik bedoel, ik kan nog niet
op de koffie, of ik zie weer iets nieuws, moois, fijns, of geweldig prachtigs dat gewoon
gehaakt (of gebreid) móét. Dit bijvoorbeeld:
Mooi hè? Mooi hè? Mooi hè? Met deze kleur ben ik niet altijd
tevreden geweest (ik bedoel, het ziet er toch een beetje uit alsof iemand een
bos fleurige bloemen door een modderpoel heeft gesleurd), maar nu hij bijna af
is, moet ik zeggen dat hij toch wel iets heeft. Ik noem ‘m “Muddy Water”. Dat
klinkt wat romantischer dan “Rioolwater”. Het patroon komt overigens uit het
boek Crochet Noro.
De zon schijnt vrolijk vandaag, en zodra vanmorgen de gordijnen open
waren, zochten de lellebellen hun heil op mijn bed zodat ze daar ongegeneerd
konden gaan liggen zonnebaden. Dát bracht me weer op het idee om eindelijk mijn
talloze Noro cirkeltjes te fotograferen (incl. lellebellen):
't regent zonnestralen (en Noro cirkels) |
Deze cirkels, naar het patroon van “Flowers in the Snow”, zijn
gehaakt met Noro Kureyon, teneinde een enorme deken te fabriceren. Ik hoef de
cirkels (90 in totaal) alleen nog maar aan elkaar te zetten met ongeverfde wol
van Texelse schaapjes, maar ik vind de cirkels er los ook best leuk uitzien :o) Hoe lang zou het duren voor ik deze deken af heb? Als ik nu begin, kan ik er dan vanavond onder?
Veel liefs,
Tante An.